Joseph François Ducq behoorde tot de Brugse neoclassicistische school. Na verblijven in Parijs en Rome keerde hij in 1815 definief naar Brugge terug. Hij werd er benoemd tot directeur van de academie en aangesteld als hofschilder van koning Willem I. Ducq schilderde Isaac Jozef De Meyer in vol ornaat als officier en hoofdarts van het Nederlandse leger. Op de voorgrond liggen spalken verband en een instrumententas met amputatiezaag. Het uniform de accessoires en de soldaten op de achtergrond wijzen op de hoge sociale status van de legerarts en zijn belangrijke publieke functie. Het portret van zijn echtgenote Colette Versavel is poëtischer en intiemer. De vrouw bevindt zich in de beslotenheid van een binnenplaats met een waterkruik in de hand. Zij is de zorgvolle echtgenote de behoedster van de huiselijke harmonie. Wellicht werden deze portretten naar aanleiding van hun huwelijk besteld.