In het monumentale schilderij Kraam van een visverkoper van Adriaen van Utrecht (1599-1653) zien we zowel invloed van Joachim Beuckelaer als van Frans Snijders. Wat hier wordt getoond is niet zozeer een realistisch beeld van een viskraam als wel de rijkdom en verscheidenheid van wat de zee ons aan voedsel te bieden heeft. Tegelijk echter wordt hier het element Water verzinnebeeld. Van Utrecht voegt aan zijn voorstelling nog een typisch genre-element toe: terwijl de marktkramer met de klant onderhandelt wordt haar geldbeugel stiekem door een jonge dief afgesneden. De allusies op erotiek en sexualiteit onder meer in de uitgestalde vissen en het schip in de verte laten vermoeden dat we hier met een typisch moraliserende voorstelling te doen hebben waarin gewaarschuwd wordt voor verblinding door wellust.