De compositie vormt een diagonale lijn : de knielende Catharina met doornenkroon de lichtjes gebogen vrouw en Christus. Naast Catharina staat de heilige Dominicus. De apostelen Petrus en Paulus kijken nauwlettend toe. De dynamiek het spel van licht en schaduw en de monumentaliteit van het werk sluiten aan bij de barokke stijlkenmerken.