Smits kwam vaak in Anwerpen en onderhield met de stad aan de stroom een intense haat-liefdeverhouding. De ets Antwerpen is geïspireerd door de roman La nouvelle Carthage van Georges Eekhoud. Het etsvlak is doorsneden door de diagonaal van de boegspriet en de scheepsromp, die rechts onderaan bij de schonkige natiepaarden eindigt. Links is er een wirwar van mensen die met het havenbedrijf te maken hebben: kooplui (in oosterse klederdracht), sjouwers, zakkendragers enz. Op 25 augustus 1908 schreeft Smits aan Jef Van Hoof: 'Ik voor mij leef meer aan de kaai te Antwerpen tussen de boten en gejoel of op de heide te Achterbos waar het echte leven is'.
Van deze ets zijn slecht twee exemplaren bekend. Eén bevindt zich in het Jakob Smitsmuseum; het tweede in een privécollectie.
I
Vlaamse kunst- en erfgoedcollecties, tot in het kleinste detail