Vroeger beschouwd als portret van de Hollandse koopman Jan van der Voort en zijn zuster Catharina. F.G.L.O. Kretschmar (zie literatuur) wees er echter op dat wij hier staan voor het portret van Catharina van der Voort dochter van een welgesteld Antwerps koopman en Pieter de la Court fabrikant en groothandelaar in laken met wie zij op 29 februari 1661 in het huwelijk trad. Voor Pieter de la Court betrof het zijn tweede huwelijk. Deze identificatie verleent meteen meer betekenis aan de compositie: de bruidegom kijkt toe hoe zijn bruid zich tooit met bloemen en met juwelen afkomstig uit een kistje dat wellicht zijn bruidsgeschenk bevat.